Zo gaan wij te werk.
Stap 1: Ondergrond voorbereiden
Afhankelijk van nieuwbouw of woningverbetering zijn de volgende stappen selectief van toepassing.
De ondergrond moet vrij zijn van adhesie-reducerende componenten. Dit zijn losse oude pleisterresten, verfresten, stof, vuil en olieachtige stoffen. Zwaar absorberende en schurende ondergronden bereiden wij voor met met Dämmklinkerdiepgrond of –primer.
Vervolgens mengen wij de Dämmklinker lijm en brengen deze aan volgens de kraal-punt-methode (zie afbeelding) of in de kambed-methode aan de onderzijde van de isolatiepaneel.
De gecoate plaat wordt stevig tegen de muur gedrukt.
Stap 2: Isolatie bevestigen
Na het drogen van de lijm (na minstens 24 uur bij + 20 ° C) worden de isolatieplaten met schroef- of slagpluggen extra bevestigd.(gemiddelde van middenveld en randgebied, aantal afhankelijk van windzone en bouwhoogte).
Om dit te doen boren wij 8 mm gaten door de isolatiepaneel in de ondergrond en plaatsen wij de pluggen in de geboorde gaten en verankeren deze stevig in de muur. Om te voorkomen dat de isolatieplaten op de hoeken van het gebouw worden verbogen, moet daar het aantal pluggen worden vergroot.
Belangrijk: de verankeringsdiepte is afhankelijk van de gebruikscategorie, maar minimaal 25 mm
Stap 3: Contactlaag aanbrengen
Wij brengen DK-lijmmortel met een sterke druk aan op de isolatiepaneel om vervolgens met een getande lijmkam het lijm-bed te maken.
Lijm op de steenstrips aanbrengen
Wij brengen een dunne laag DK-lijmmortel aan met de overeenkomstige troffel op de volledige achterkant van de steenstrip (Buttering-Floating methode).
Steenstrips plaatsen
De met lijm ingesmeerde steenstrip worden stevig in het voorbereide lijmkambed gedrukt. Het verdere leggen moet altijd in verband gebeuren. Als de lijm tijdens het leggen zijdelings lekt, moet deze worden verwijderd wanneer deze vers is. De ontstane voegruimte blijft zo behouden.
Stap 4: Hoekstrips plaatsen
Het aanbrengen van de lijm en plaatsen van de strips zoals in de vorige stap waarbij wij vanuit de hoek beginnen om in het juiste verband te blijven.
Stap 5 voegen
Na volledige droging (ten minste na 48 uur, afhankelijk van de omgevingstemperatuur) beginnen wij met het voegen. Hierbij maken wij gebruik van een pneumatische voegverdichting. Dat wil zeggen dat wij met een mechanische voegspijker, op luchtdruk, de voeg in optimale conditie en sterkte afwerken.
Brandveiligheid
Vereiste bouwstofklasse volgens DIN 4102-1
- Gebouwen van geringe hoogte (GKL 1-3, 0-7m): B2 = Normaal brandwerend
- Middelhoge gebouwen (7-22m): B1 = Sterk brandwerend
- Hoogbouw (22-200m): A = onbrandbaar
De aangegeven hoogtes zijn verschillend in de afzonderlijke deelstaten. Ze verwijzen naar het niveau van de bovenkant van de vloer van de hoogste verdieping waarin een verblijfsruimte mogelijk is, gemeten vanaf het oppervlak gemiddeld.
Brandveiligheidseisen
Vanaf 1 januari 2016 zijn nieuwe brandbeveiligingsmaatregelen opgenomen in de algemene bouwtoezicht goedkeuringen voor ETICS-systemen via DIBt-wijzigingen en aanvullende verklaringen.
Het volgende overzicht toont de resulterende vereisten voor de uitvoering van de ETICS.
Uitvoering van isolerend klinkersysteem in Duitsland
- B2: EPS zonder gebruik van minerale wol
- B1: EPS met brandbarrière aanvullende speciale maatregelen volgens goedkeuring en kennisgeving van wijziging
- A: minerale wol
Uitvoering van isolerend klinkersysteem in Zwitserland
- Zie VKF-certificering evenals geactualiseerde documentatie
Stand januari 2017. Raadpleeg de huidige algemene goedkeuring van de bouwinspectie voor onze systemen, evenals de overeenkomstige wijziging en aanvullende kennisgeving in de huidige versie.